Terug naar overzicht

De Verleiders “Hun halve waarheid doet over het geheel pijn!”

Rudolf Keijzer, directeur van Praktijksteun, bezocht vorige week met enkele collega’s de voorstelling van De verleiders “Slikken en stikken”, een second opinion op het zorgstelsel. Wilt u weten welke interessante stellingen gedaan werden tijdens deze voorstelling en hoe Rudolf de voorstelling vanaf de zijlijn ervaren heeft? Lees dan onderstaand zijn verslag over ‘Slikken en stikken’.

Slikken en stikken, een voorstelling van De Verleiders.

Even slikken was het zeker, vooral de mogelijkheid dat wat de heren van “De Verleiders” ons toespraken weldegelijk waar kan zijn. De organisatie van de gezondheidszorg, en in het bijzonder de rol van ’Big Pharma’ over de gehele wereld en hier in Nederland, moest het flink ontgelden tijdens de voorstelling Slikken en Stikken. Samen met enkele collega’s hebben we onszelf het plezier gegund ons te laten frustreren door de cabaretiers, en om met een zwaar gemoed lachend weer huiswaarts te keren.

Hele waarheden met een half verhaal

Tijdens de Masterclass Eerstelijns Bestuurders, die ik dit ‘schooljaar’ volg, wordt mijn klasgenoten en mijzelf inzicht verschaft in hoe in Nederland de gezondheidszorg is georganiseerd, onder meer door het Zorginstituut Nederland en bijvoorbeeld het Centraal Planbureau. Hieruit blijkt dat we met alle beste bedoelingen het zo goed mogelijk proberen te organiseren. Toch zitten er in alle stelsels en organisatievarianten ook onvolkomenheden, soms zelfs overduidelijke tegenstellingen. Ik stootte mijn collega halverwege de avond aan om hem te vertellen dat inderdaad veel van wat ‘De Verleiders’ ons voorschotelden waar is. Natuurlijk, het is theater, cabaret zelfs. Toch berust veel van de show op waarheden. Zo is hun voorbeeld waargebeurd, van de patiënt die gillend gek wordt van pillen die hij niet mag hebben omdat ze te duur zijn, de alternatieve pillen niet omdat de dure pillen eerst op moeten, die hij vervolgens niet krijgt omdat ze te duur zijn, et cetera. Ook de sketches over Big Pharma, neergezet als een stevig ‘old-boys-netwerk dat letterlijk over lijken gaat’, schijnen erg op waarheid te zijn gestoeld. Toch moet de kijker zich blijven realiseren, het is theater, aangedikt, vermakelijk en slechts deels waar.

De overheid laat niet het achterste van de tong zien, de minister wel haar borsten…?

De Verleiders hebben in de opbouw van hun stuk een strategie gekozen, waarin de heren ons steeds verder willen meenemen in het geloof dat het allemaal echt waar is. Tijdens de voorstelling wordt de bron niet genoemd, toch zetten ze het erg overtuigend neer. Hierbij raken ze ook gevoelige onderwerpen, zoals het bedrag (€ 85.000,-) per gewonnen, gezond levensjaar wat we in Nederland acceptabel vinden. Dit betekent bijvoorbeeld, dat als je een ziekte hebt die heel goed te behandelen is met het dagelijks slikken van een medicijn, het medicijn per jaar € 85.000,- euro mag kosten. Als het meer is dan dat, is het maatschappelijk niet verantwoord om nog behandeld te worden op deze manier. De korte versie is dus: kost het meer dan dat, durf dan ook te sterven. Dat durven is iets wat binnen politiek Nederland in ieder geval niet lijkt te gebeuren, zo spreken de heren uit. Geen enkele politicus durft publiekelijk te noemen wat hij of zij daar van vindt, of überhaupt, dat er ergens een grens is in wat we acceptabel vinden. Logisch misschien, want als ik zelf voor de keuze zou komen te staan, met de dood in het achterhoofd, maak ik wellicht ook minder rationeel die keuze. Al dit soort geheimzinnigheid en gebrek aan transparantie was aanleiding voor De Verleiders om een meer absurdistische scene in hun vierluik over de Big Pharma. In deze scene werd gesuggereerd (en bovendien kleurrijk uitgebeeld), dat onze eigen minister van volksgezondheid zich liet strippen om de Big Pharma gunstig te stemmen in haar poging tot het reguleren van het ongeëvenaarde winstbejag van deze grote organisaties. Gelukkig brachten ze aan alle twijfel een einde door aan te geven dat deze scene, in tegenstelling tot alle anderen, volledige op fictie was berust.

Winstmaximalisatie als de tumor van de zorg

Een van de tegenstrijdigheden in onze stelsels, die de Verleiders naar voren brachten, lijkt veel op de overwinning van Donald Trump: de angst regeert. Maak iemand vreselijk bang voor een terroristische aanslag, en je krijgt mandaat voor meer defensie en veiligheid. Maak een maatschappij niet in staat om met sterfte om te gaan, en je krijgt extreem kostbare en invasieve ingrepen. Bijvoorbeeld om toch nog die ene laatste dag van het leven een kleine kans te houden dat je knie beter functioneert, terwijl je al jaren aan bed gekluisterd bent door de kanker die je opvrat.
De Big Pharma, toch de rode draad door de show heen, kent op basis van dit principe grofweg twee manieren om geld te maken en te blijven maken:

  1. Ontwikkel nieuwe medicijnen. Liefst medicijnen die zoveel mogelijk mensen nodig kunnen hebben. En zet deze vervolgens, ongeacht eventuele bijwerkingen, zo snel mogelijk zo breed mogelijk weg.
  2. Verzin nieuwe ziektes. Nieuwe ziektes waarvoor je nieuwe medicijnen kunt produceren. Of sterker nog, verzin nieuwe ziektes waarvoor je met een ander kleurtje, ook van je oude troep af kunt. (lang leve de DSM-5, nu is werkelijk alles wel als ziekte te classificeren…)

Beide manieren om nieuwe markten te produceren, hebben één ding gemeen: maximaliseer de winsten. Er wordt niet meer geredeneerd vanuit de kostprijs, een eerlijke marge voor kosten en btw die samen een verkoopprijs vormen. Uitgaande van het feit dat het toch ‘altijd wel door iemand te duur wordt gevonden’, wordt met behulp van focusgroepen vastgesteld wat de maximale prijs van een product is voordat er heuse rellen ontstaan in de maatschappij. Als de marge daarbij wel eens honderden of zelfs duizenden procenten blijkt te zijn, is dat een uitzonderlijk goed product, aldus de interpretatie van de Big Pharma. Binnen de maakindustrie een heel normaal concept. Wat is de beste prijs ten opzichte van het volume, ofwel “pee-maal-quu”. Of dat het meest gezonde uitgangspunt is in een markt waarbij de afhankelijkheidspositie van de verzekerde zo groot is…

En toen wonnen de mannen van de vrouwen, door dood te gaan

Een van de tegenstrijdigheden die een halve waarheid blijkt, gaat over wat De Verleiders als een stukje ‘feel-good’ omschrijven. Op een groot scherm wordt ons een grafiek getoond waaruit blijkt dat mannen die op 65-jarige leeftijd gezond leven, na enige tijd wat gaan kwakkelen en een acceptabel aantal jaren nog in slechte gezondheid strijden voor wat ze waard zijn. Mannen die op hun 65e al kwakkelen, hebben na een slechte periode van slechts een paar jaar het graf al weten te vinden. “Vrouwen daarentegen…” terwijl de zaal het lachen al niet meer kan onderdrukken, “…die op hun 65e al kwakkelen, leven daarna nog maar liefst twáálf jaar in heel slechte gezondheid.” Twaalf jaar, terwijl het toch van velen, zo lijkt het, niet de wens zal zijn om zo ontzettend lang ziekenhuis in en ziekenhuis uit te moeten. “Bovendien…”, wordt de conclusie vol cynisme ingeleid, “kosten de mannen vanaf de 65 ongeveer € 75.000, en de vrouwen zelfs wel € 150.000!”. Een wedstrijd die wij mannen lijken te hebben gewonnen, inmiddels slikken we namelijk alles als zoete koek. Wat ze voor het gemak in deze halve waarheid vergaten te vermelden, is dat de vrouwen geen man meer hebben die ze nog verzorgd, wij zijn immers al lang de pijp uit. Terwijl wij in al die moeilijke jaren veel vaker worden bijgestaan door een liefhebbende vrouw, en daarmee de maatschappelijke kosten drukken, is in dit ‘wedstrijdje’ echt geen winnaar te vinden.

Conclusie, het meest effectieve medicijn is de dood

Natuurlijk zit er nog wel veel meer in het theaterstuk van De Verleiders. Eerlijk gezegd zijn ze zowel scherp als grappig, en af en toe zelfs ridicuul. Het feit dat het een pijnlijke waarheid betreft, is misschien wel hetgeen wat maakt dat geen enkele recensie de volle punten geeft aan deze voorstelling. Bij de banken was het misschien toch wat makkelijker lachen omdat het zo onwerkelijk en ver van in ieder geval mijn bed is. Nu het over onze gezondheid en daarmee ook het lijden van onszelf en onze geliefden gaat, is het toch moeilijk met opgeheven hoofd de zaal te verlaten. Het lied “Mens, durf te sterven’ was tenminste een extra aanleiding om ons over het onderwerp “Zinnige Zorg” te buigen. Inspiratie uit frustratie is, hopelijk voor ons, hetgeen dat het de juiste mensen het de juiste ideeën heeft opgeleverd. En zo ja, wie weet landt het toch allemaal daar waar het tenminste een rimpel in het oppervlaktewater betekent.